Jonge dokter, grote wereld #1 Bloemetjesjurk
Rusteloos zit ze op het bed, haar arm doodstil tegen haar aangeklampt. Uitgesproken sleutelbeenderen verraden de tengere lange gestalte die schuilgaat onder haar bloemetjesjurk. Diep donkerblauw met groen, turquoise en witte bloemen. Simpel maar sierlijk. Niet zo’n verschrikkelijk bloemetjesgordijn met een aura van stoffigheid eromheen. Ik weet niet waarom, maar deze jurk past haar persona. Ze zit daar moederziel alleen op de onderzoeksbank in de steriel ogende witte kamer. Zenuwachtig haar lippen tuitend en smakkend. Latente angst in de donkere ogen waar ze me diep mee aankijkt. In hakkelend Engels prevelt ze haar verhaal. De bloemetjesjurk is de vrolijke noot aan een vrouw die vooral verdriet en angst uitstraalt.
In een oogwenk ben ik mijn interesse voor de verwonde schouder verloren. Ik krijg een sterke behoefte een stukje van haar lijden te verzachten. De gewetenloze stem in mijn hoofd, Hendrik genaamd, dient me gelijk van repliek: wat kun jíj nou doen, niets aan te redden. En toch, ze raakt me. Mijn hart gaat terug naar Moria op Lesbos als ze haar verhaal ontvouwt. Een verhaal zwaar van lijden, waarvan er teveel bestaan in deze wereld. Herkenbaar van de vele verhalen die ik eerder hoorde. Alleen in Nederland na decennia geleden gevlucht te zijn uit haar geboorteland. Ze woont noodgedwongen met andere migranten die ze niet vertrouwt, waar ze met haar eigen waanbeelden en psychoses zit opgesloten. Ze wil terug naar haar thuis, maar mag niet van haar psychiater omdat het daar onveilig is. Maar waar is het veilig als je hier zit opgesloten met je waanbeelden en psychoses?
Als ik na overleg met mijn supervisor terugkom om de uitslag van de röntgenfoto te bespreken, zit er tot mijn opluchting een tweede vrouw in de kamer. Een vriendin die voor haar zorgt. Ik neem uitgebreid de tijd om diagnose en behandeling met beiden te bespreken, en haar gerust te stellen. Deze breuk geneest met rust en een sling.
Dankbaar en zichtbaar opgelucht gaat ze even later de duur
uit, arm-in-arm gehaakt met haar vriendin. Even opgelucht keer ik terug naar
het komen en gaan van de SEH. De bloemetjesjurk is gelukkig niet de enige
vrolijke noot in haar leven.