In gesprek met Gamze Piskin - Dermatoloog en voorbeeldvrouw in het BovenIJ Ziekenhuis

In gesprek met Gamze Piskin - Dermatoloog en voorbeeldvrouw in het BovenIJ Ziekenhuis

Gamze Piskin is gepromoveerd dermatoloog, moeder van twee kinderen, eigenaresse van een privé-kliniek, en een betrokken medisch specialist in het BovenIJ ziekenhuis. Zij werd geïnterviewd door haar collega Froukje Verdam, KNO-arts in hetzelfde ziekenhuis, over de weg die zij heeft afgelegd en over hoe het is om vrouw te zijn in deze positie.

Gamze in het kort:
Eigenschappen: toegankelijk, communicatief sterk, initiatiefrijk, lief, ambitieus, gedisciplineerd.
Ontspanning: hardlopen, yoga, tennis, zelfontwikkeling
Wens: meer vrouwen op hoge posities, er zijn bijvoorbeeld meer vrouwen dan mannen in het vak dermatologie, maar opvallend genoeg veel meer mannelijke hoogleraren.

 

Je vader was dermatoloog. Wilde je hem altijd al opvolgen?

“Ik wilde architect worden. Ik had helemaal niet in mijn hoofd dat ik dokter wilde worden. Het waren de mensen in mijn omgeving die zeiden: ‘Je scores zijn zo goed; je zou geneeskunde kunnen doen.’ Ik was 17 jaar toen ik dacht: ‘Oké, dan doe ik het maar’. Het eerste jaar vond ik weinig uitdagend, maar het begint pas echt wanneer je eenmaal contact krijgt met patiënten. Ik was meteen om en vond het heel leuk. Over wat ik wilde worden, veranderde mijn mening steeds; elke coschap vond ik leuk. Eerst dacht ik dat ik plastisch chirurg wilde worden, toen gynaecoloog. In mijn laatste jaar stage bij de dermatologie dacht ik: ‘Dit is het’. Van te voren had ik helemaal niet het idee om in mijn vader zijn voetsporen te treden, maar ik vond het heel erg leuk. Je bent bezig met mensen van allerlei leeftijden, en andere artsen weten vaak weinig van mijn vak, waardoor ik mij echt specialist voel. Bovendien, ook belangrijk, heb je ’s nachts geen drukke diensten. Natuurlijk maak je lange dagen, die ook best vermoeiend kunnen zijn, maar het is niet zo belastend als sommige andere vakken. Mijn keuze heeft heel goed uitgepakt.”

 

Wanneer heb je de keuze gemaakt om van Turkije naar Nederland te komen?

“Ik was toen 27. Ik was in Turkije al dermatoloog. Als je 17 bent ga je naar de universiteit en dan studeer je 6 jaar geneeskunde en daarna 4 jaar specialiseren voor dermatoloog. Dus na 10 jaar was ik klaar en toen wilde ik graag zien hoe het in de rest van de wereld ging. Ik ben voor een korte periode naar Nederland gekomen en dat vond ik zo leuk dat ik wilde blijven.”

 

Dat is wel heel bijzonder, want het is niet vanzelfsprekend dat je dit zomaar doet op je 27e, toch?

“Nee precies, het was ook best lastig. Het is niet makkelijk om vanuit een niet-EU-land naar een EU-land te gaan. Je hebt bepaalde vergunningen nodig en die krijg je niet zo gemakkelijk. Ook kan je niet zomaar aan het werk gaan. Dat was best heftig. Dat heb ik allemaal zelf gedaan, want ik was alleen. Ik kwam niet naar Nederland omdat ik met iemand getrouwd was, maar puur omdat ik het zelf wilde.

Eerst had ik een visum van 3 maanden. Ik had een ontzettend behulpzame professor in het AMC en deed wetenschappelijk onderzoek bij hem. Hij was een heel fijn mens en hielp mij met het regelen van dit soort zaken.”

 

Wat had jij graag willen weten voordat je aan alles begon?

“Ik ben op een hele mooie werkplek terecht gekomen, ik had veel geluk. Ik denk dat het goed is om een keuzestage te doen, iets waardoor je echt ervaart hoe een vak eruit ziet. Niet vanaf een afstand kijken en beslissen, want het is toch heel lastig. Probeer variatie te behouden. Niet alleen in de patiëntenzorg, maar ook daaromheen, door bijvoorbeeld in commissies te gaan. Verdiep je niet alleen in je eigen vak, maar ook in andere onderwerpen die van belang zijn voor de geneeskunde. Denk aan je werkbelasting, interactie/communicatie, leiderschap, dat soort dingen. Anders verlies je je in de routine.”

 

Hoe combineer jij dit?

“Ik zit in commissies van onze vereniging, NVDV (Nederlandse Vereniging voor Dermatologie en Venereologie) en van het ziekenhuis. Ik merk dat ik daar energie van krijg, ondanks dat het druk is. Ik stap even uit de dagelijkse routine en dat geeft een hele andere energie.”

 

En je hebt ook nog een privékliniek opgericht!

“Ja, inderdaad. Sinds 1 september 2020 hebben we mijn privékliniek ‘Skin Sensible’ geopend op een hele centrale locatie in Amsterdam. Dit is echt iets wat ik altijd al wilde doen. Jaren geleden waren er nog veel vooroordelen over de cosmetische dermatologie. Toen dacht ik ‘Als we hier met z’n alleen zo naar blijven kijken, dan blijven deze vooroordelen bestaan, dat is niet goed voor de kwaliteit van de zorg’. Ik wilde hier een bijdrage aan leveren en inmiddels is het een onderdeel van de zorg geworden.

Ik vind het leuk om de zorg van deze andere kant te bekijken. In het ziekenhuis wordt alles voor je geregeld. Je komt naar je werk en de patiënt zit al te wachten in de wachtkamer. Nu moet ik zelf alles regelen en patiënten werven. Ik leer ontzettend veel, ook op inhoudelijk vlak. Cosmetische dermatologie is zo anders dan de reguliere dermatologie. Ik heb bijna een nieuw vak geleerd.”

 

Als ik naar je carrièrepad kijk, kan ik wel zeggen dat je heel ambitieus bent.

“Ja, dat klopt, daar heb je een punt. Daaruit vloeit misschien een tip voort, die ik wel aan jonge collega’s mee zou willen geven. Ondanks dat alles heel leuk is, is het belangrijk je niet te verliezen in je werk. Geen enkele route is vanzelfsprekend en soms is het handig even afstand te nemen en na te denken wat je van de situatie zou vinden als je er later op terugkijkt. Je kan jezelf soms zo verliezen in je dagelijkse routine of uitdagingen, dat je uit het oog kan verliezen wat je nou eigenlijk echt belangrijk vindt.”

 

Wat vinden jouw kinderen ervan dat hun moeder dokter is?

“Ze vinden het ontzettend leuk! Ik hoor vaak van andere ouders terug dat mijn kinderen iets hebben verteld over ‘hun moeders auto’, ‘hun moeders huis’, ‘hun moeder is de baas’. Heel grappig. Het is thuis helemaal niet zo verdeeld, hoor, maar kennelijk hebben ze toch het idee dat mama belangrijk is. Dokter zijn heeft zelfs bij kleine kinderen al impact, het beroep heeft iets magisch. Ik had dat zelf ook bij mijn vader. Hij woonde in een stad waar iedereen hem kende. Hierdoor had ik als kind zijnde al het idee dat dokter of specialist zijn iets bijzonders is. Ondanks dat dingen veranderen, blijf je merken dat ons vak een bijzondere status heeft, voor iedereen.”

 

Hoe ervaar jij het zijn van vrouw in dit vak? Zijn er stereotyperende dingen waar je tegen aan loopt?

“Soms heb ik wel moeten accepteren dat mijn gezin even op een iets lager pitje moest staan, omdat je nou eenmaal niet alle ballen tegelijk in de lucht kan houden. Dat hebben mannen waarschijnlijk ook wel. Maar ik hoor ook wel eens mannelijke collega’s over vrouwelijke collega’s zeggen: ‘Ze heeft kinderen gekregen, nu is het echt minder’. Zo gaat het dus echt nog steeds. Er is nog veel te doen in dat opzicht. Als vrouwelijke arts merk ik dat ik van mezelf veel verwacht, bijvoorbeeld dat ik flexibeler ben dan mijn mannelijke collega’s. Ik heb het idee dat ik moet laten zien wat ik kan en dat ik beschikbaar ben, wat maakt dat ik vaak ‘ja’ zeg op een verzoek. Ik ben bang dat ik anders niet serieus genomen wordt. Als ik ergens ‘nee’ op zeg, ben ik bang dat ze denken dat ik het niet aan kan. Dat werkt heel gek en ik doe mezelf daarmee tekort, dat is een valkuil. Ik weet niet of het perse in man of vrouw zit, maar mijn mannelijke collega’s lijken dat niet of minder te hebben.

 

Is er tot slot nog iets dat je wilt meegeven aan de jonge dokter?

“Ja, ik denk het wel. In het begin heb je veel energie en wil je alles aangaan, maar vooral tegen de jonge collega’s zou ik willen zeggen: dat hoeft helemaal niet, je hoeft niet alles perfect te kunnen. Je mag ook slechte periodes hebben. Vooral nu met social media lijkt het alsof iedereen een succesverhaal moet hebben, maar je kan echt wel eens minder goed presteren. Dat is geen probleem. Succesvol en perfect zijn, is niet de kern van het leven. Laat het maar gebeuren, en kijk wat je ervan kan leren. Dat is menselijk.”

Wil je meer weten over Dermatologie of KNO? Check onze disciplinepagina´s met tips, podcasts, video´s, onze pockets en meer. 

  

Tips voor jonge dokters:

  1. Neem de tijd om je te oriënteren; is de theorie overeenkomstig met de praktijk, kan je als basisarts bijvoorbeeld een keuzestage regelen om te proeven/ervaren of het vak echt wat voor je is?
  2. Niet alles hoeft perfect, het is menselijk om af en toe ergens minder goed in te zijn of je kwetsbaar op te kunnen stellen. Je energie is niet onbegrensd en je hoeft niet alles tegelijk te kunnen.

 Uitgewerkt door Christel van Weezel

Reacties (1)

  • Gamza piskin ken ik persoonlijk ik ben officeel niet haar patiënt maar ik weet wel dat ze wel bekend is als dermatoloog in het ziekenhuis
    En ook dat je positieve verhalen hoort van patiënten die ik wel eens spreek als ik ook een afspraak heb het artikel heb ik met veel enthousiasme gelezen en als ik nog jong was om de keuze te maken voor de medische wereld dan was echt een voorbeeld geweest

    Jessica

    25-11-2022

Laat een reactie achter