In gesprek met…. Carlijn Veldman

In gesprek met…. Carlijn Veldman

Het team van Compendium Geneeskunde zit nooit stil. De ene na de andere pocket wordt ontwikkeld. Onlangs is een van de nieuwste pockets verschenen: de pocket Longgeneeskunde. Ik ga in gesprek met Carlijn Veldman, AIOS longziekten en senior redacteur van deze pocket.

Kan je beginnen met wat over jezelf te vertellen, Carlijn?

Ik heb geneeskunde gestudeerd in Groningen. Mijn semi-arts stage heb ik in het Deventer ziekenhuis gelopen, en daarna ben ik in het Isala ziekenhuis in Zwolle terecht gekomen. Ik ben begonnen als ANIOS op de intensive care en daarna vrij snel overgestapt naar de afdeling longziekten. Op dit moment ben ik AIOS longziekten vanuit het Martini ziekenhuis in Zwolle en doe ik mijn vooropleiding in Zwolle.

In mijn studententijd kende ik Veerle en Romee (oprichters van Compendium Geneeskunde) al van SlimStuderen en Capita Selecta. Via het hoofdstuk Psychiatrie in Compendium Geneeskunde 1.0, de scheurkalender en verschillende pockets, heb ik uiteindelijk de hoofdredactie gedaan van Compendium Geneeskunde 2.0. En toen dacht ik: ‘Ja, als iemand de pocket longgeneeskunde schrijft, dan ben ik dat natuurlijk!’

Dan was je dus al tijdens je studententijd bij Compendium Geneeskunde betrokken?

Ja, dat klopt! Alleen tijdens het schrijven van de pocket Longgeneeskunde was ik arts-assistent. Nu wordt het langzaam ook tijd dat nieuwe studenten projecten gaan oppakken binnen Compendium Geneeskunde. Zo krijgen zij ook de kans om zich te ontwikkelen. Door extra-curriculaire activiteiten leer je belangrijke skills die later van pas kunnen komen als medisch professional. Bijvoorbeeld als iemand boos wordt of je een deadline niet haalt. Ik heb van het hele Compendium-avontuur heel veel geleerd. Zo’n boek maken is natuurlijk niet altijd feest. Aan het einde denkt iedereen: ‘Wow waanzinnig’. Maar tijdens het proces denk je wel eens: ‘Nou, ik gooi het in de afvalbak’. Nu vind ik het heel leuk om de nieuwe studenten te begeleiden, bijvoorbeeld bij project U, waarin de boeken en pockets up-to-date worden gebracht met de recente richtlijnen. 

Heb je een voorbeeld van iets waar je tegenaan liep met het schrijven van deze pocket?

Wat heel frustrerend was bij deze pocket was de vertraging die we opliepen door de COVID-19 pandemie. Alle betrokkenen hadden hierdoor minder tijd voor de pocket. We werken altijd al met de auteurs die stukken schrijven en die dan gecontroleerd worden door de specialisten. Bij deze pocket hebben we daarnaast ook gebruik gemaakt van een A(N)IOS-klankbordgroep. Zonder deze klankbordgroep en de hulp van de redactieleden Jur van Dijk en Rachel Janssen was de pocket nooit zo mooi geworden.

Wat maakt dat je schrijven zo leuk vindt?

Wat ik vooral heel leuk vind, is dat je bij Compendium Geneeskunde heel erg wordt uitgedaagd om na te denken over nieuwe leerstrategieën en hoe je mensen op een makkelijke, visuele manier kunt helpen snel te studeren. Wat sluit aan bij de doelgroep? De pocket is namelijk niet alleen voor coassistenten, maar ook voor jonge assistenten. Zo zit er in de pocket Longgeneeskunde ook een hoofdstuk over zorg in de stervensfase en uitleg over hoe je een patiënt moet schouwen. Dit zijn voorbeelden van onderwerpen waarvan ik denk dat coassistenten ze zouden moeten meemaken, voordat ze echt dokter zijn. Als coassistent kun je onder supervisie van een arts(-assistent) prima een keer een schouw verrichten. Ik probeer tijdens mijn werk coassistenten zoveel mogelijk te laten doen. Als je iets onder supervisie doet, kan je eigenlijk nooit iets verkeerd doen. Het is leuk om over na te denken: ‘Hoe kan ik, of hoe kunnen wij als Compendium Geneeskunde, toekomstige dokters helpen goede dokters te worden?’

Ik vind het dan ook belangrijk dat lezers het laten weten als ze graag dingen aangepast willen zien, of denken dat we iets op een betere manier kunnen weergeven. We zijn allemaal geen Albert Einstein en moeten elkaar alert houden. Daar wordt het product alleen maar beter van.

Waar ben je het meest trots op binnen deze pocket?

Ik denk dat het heel leuk is dat we veel plaatjes hebben toegevoegd. De pocket is een handig naslagwerk geworden voor elke (co)assistent. Met visuele weergaves van aanvullend onderzoek, differentiaaldiagnoses en handige bijlages, waaronder het dekkingsspectrum van antibiotica of de interpretatie van een bloedgasanalyse.

Waarom heb je ervoor gekozen om longarts te worden?

Ik vind de longziekten een super mooi vak, omdat je acute patiënten ziet, maar ook chronische patiënten. Het is een heel dynamisch vak. Aan de ene kant ben je heel beschouwend en internistisch bezig. Aan de andere kant ook weer praktisch, met handelingen zoals bronchoscopie en thoraxdrainages. Dus je wordt heel breed opgeleid. Ook zijn er in korte tijd veel wetenschappelijke ontwikkelingen geweest. Zo is de behandeling van oncologiepatiënten binnen de longziekten de afgelopen jaren gigantisch verbeterd.  

Ik voel me thuis op de afdeling longziekten, maar ook tussen de mensen die ook longarts worden of zijn. Ik denk dat coassistenten daar ook naar moeten zoeken. Zoek niet alleen een specialisme dat je heel fancy, leuk en medisch inhoudelijk interessant vindt. Zoek ook een plek waar je je thuis voelt. Je werkplezier is voor een deel afhankelijk van het medisch inhoudelijke stuk, maar wordt voor een veel groter deel beïnvloed door je collega’s. Uiteindelijk moet je de werkdag zelf maken. Kijk ook eens op de disciplinepagina Longziekten, voor meer info over het vak!

Het is toch een eer om even deelgenoot te mogen zijn van iemands leven op de meest slechte momenten, maar ook op hele mooie momenten. En kijk eens terug wat je op een dag meemaakt, dat kunnen de gekste dingen zijn.

 

Je zal de komende jaren nog wel druk zijn met de opleiding. Hoe zie je de toekomst voor je?

De opleiding tot longarts duurt 6 jaar, waarvan de eerste 20 maanden vooropleiding en daarna de longziekten. Ik kijk ernaar uit om in het nieuwe jaar terug te gaan naar de longziekten. Bovendien kijk ik ernaar uit om weer in een ander ziekenhuis te gaan werken met nieuwe mensen en nieuwe systemen. Ik merk nu aan het einde van de vooropleiding dat ik graag terug wil naar de longziekten. Dat bevestigt dat ik goed heb gekozen. Daarna zien we wel wat de toekomst brengt. Ik hoop dat ik uiteindelijk longarts mag worden in een leuk centrum met een leuk team. 😊

Heb je nog een gouden tip voor de lezers en studenten?

Geniet van je coschappen! Besef dat het super leuk is om elke keer in een andere keuken te mogen kijken en steeds weer dingen te mogen leren. Ik besef heel goed dat het ook lastig kan zijn om steeds weer te wisselen, maar geniet ervan. Kijk je ogen uit, verwonder je over wat je allemaal ziet. Je zult dingen zien waar je zelf van denkt: ‘Zo wil ik worden’, maar ook dingen waarvan je denkt: ‘Zo wil ik niet worden’. Volg je hart in je keuze voor een specialisme. Voor mij bleek longziekten het allerleukste specialisme. Vraag tijdens je coschappen eens aan arts-assistenten of medisch specialisten waarom ze voor het specialisme hebben gekozen. Je zult verschillende antwoorden krijgen!

En tot slot, blijf lekker jezelf! Laat je niet door die soms gekke medische wereld verleiden om je anders voor te doen.

Interesse in de pocket Longgeneeskunde? Kijk hier voor meer info!

Carlijn werd geïnterviewd door Christel. Ze is 22 jaar en zit in het derde jaar van de studie geneeskunde, aan de Rijksuniversiteit in Groningen. Naast haar studie houdt ze van sporten, koken en is ze druk bezig met een bestuursjaar bij Taskforce QRS Groningen. Ze kijkt ernaar uit om al haar tips en ervaringen met jullie te delen!

Laat een reactie achter